DIT IS OEFENING 4/6
Startfase: Speler A passt de bal naar de aanspeelbare speler B. Speler B controleert de bal en speelt die vervolgens in één tijd terug op de doorgelopen speler A. Na de kaatsbeweging verplaatst speler B zich naar de positie van speler C.
Middenfase: Speler A speelt de bal door naar speler C, die zich aanbiedt. Speler C speelt het leer in één tijd door naar de doorgelopen speler B. Na zijn pass maakt speler C een buitenom-loopactie en neemt plaats op de positie van speler D.
Afsluitende fase: Speler B bedient de vragende speler D met een pass en zet daarna zelf een loopactie richting het doel in. Speler D kaatst de bal op de inlopende speler C. Daarna maakt speler D een loopactie aan de buitenkant, ontvangt een diepe steekpass van speler C, en legt vervolgens af op speler B die inloopt en de aanval afrondt met een schot op doel.
Rotatiepatroon: De spelers roteren volgens het volgende schema: A → B → D → C → A Wanneer de oefening aan de andere kant wordt uitgevoerd: A → B → D’ → C’ → A
120 opwarmingsoefeningen
140 afwerkingsoefeningen
90 pass- en trapoefeningen
80 conditieoefeningen
80 extra documenten
750 voetbaltrainingen